Toen ik naar de middelbare school stapte trok ik meestal op met mijn beste vriendin. We praatten over jongens die niet eens bij ons op school zaten.
Gemengd onderwijs deed pas later zijn intrede. We zagen de jongens wel op de tram. We spraken met ze af bij ‘dorloge’ op de zeedijk. Sommigen deden stoer met hun brommers, kwestie van indruk te maken op de meisjes. Ik spreek over de tweede helft van de jaren zestig. Nu gaat het er helemaal anders aan toe. Was het toen beter dan nu? Dat laat ik in het midden.
In die tijd hadden wij nog drie uren les op zaterdagvoormiddag. In de namiddag deden wij een terrasje vooraleer we naar huis gingen. Een paar keer heb ik strafstudie gekregen en kon ik blijven op zaterdagnamiddag. Ik was geen rebel op school, maar een buis voor geschiedenis kon niet = strafstudie. Of mijn agenda was niet ondertekend = strafstudie.
Van alle vakken stond de les biologie op nummer één. Het menselijk lichaam. Hoe werken hart en longen, wat doen de nieren. Hoe zit de mens in elkaar. Je hebt de grote en de kleine bloedsomloop. Ik kon dit allemaal tekenen als geen ander. Dat boeide mij gewoon. Hoe werken de hersenen? Waarom kan de ene persoon iets beter onthouden dan de andere. Ik was uren bezig om mijn les te leren terwijl anderen er gewoon even naar keken en ze konden het al.
Wou ik later een psycholoog worden? Wie zal het zeggen. Ik kon toen al heel goed luisteren en observeren. Nog steeds heb ik een schouder om op te huilen en een luisterend oor. Gaandeweg wou ik iets gaan studeren waar je in de praktijk een witte schort voor nodig had. Vroedvrouw of laborante, dit intrigeerde mij. Zelf had ik een kleine microscoop. Daar zag ik de structuur van een menselijk haar. Of ik legde een stukje vleugel van een dooie vlieg tussen de glazen plaatjes. Dit vond ik fascinerend, ontdekkingen doen die niet te zien zijn met het blote oog. Ik wou alles te weten komen. Ook deed ik kleine experimentjes. Ken je dat? De zon opvangen met een vergrootglas om zo een sigarettenblaadje in de fik te steken… of was dit eerder kattenkwaad?
Nu kijk ik nog steeds graag naar programma’s zoals ‘Top dokters’.
Het was niet alleen een witte schort en een stethoscoop. Om dit niveau te bereiken moest er heel hard gestudeerd worden. Dat was nu net het probleem, het lag niet aan mij! Ik miste de juiste kronkels in mijn hersenen.
Een doktersschort is het nooit geworden. Verpleegster of tandartsassistente al evenmin. Ze hebben van mij ook geen apotheker gemaakt. Ik haat het om pillen te slikken.
Tja, wat bleef er dan nog over?
En toch heb ik tien jaar van mijn loopbaan een witte schort gedragen met de blauwe chirurgen handschoenen. Ik zat niet in de medische sector. Ik was geen hulpverlener maar wel een soort van, tis maar hoe je het bekijkt. Haha. Ik was een ‘zorgende’ voor de innerlijke mens.
Mijn witte schort heb ik met trots gedragen om de klanten te bedienen en hen bij te staan in de, voor hun, soms moeilijke keuze die ze moesten maken bij het kiezen van de perfecte kaas/charcuterie schotel.
Zo zie je maar. Ik had een doel en ik heb het bereikt. Waar een wil is… lag mijn witte schort!
Liefs van Leentje.
Tot de volgende.
Zo geestig lezen en herkenbaar. Ik denk dat wij uit hetzelfde hout gesneden zijn. Vele groetjes en top dat je terug schrijft x
LikeGeliked door 1 persoon
Weer mooi om te lezen…en weten dat ik eigenlijk niet graag lees…deze boeien me dan wel, misschien omdat wij van dezelfde leeftijd zijn en ik mij dingen herinner en met je mee voel…kon zo mezelf zijn…witte schort, ja! pillen…ik wel Leen! tot dra bij het schrijven dan…dank je!
LikeGeliked door 1 persoon
Bedankt om te reageren. Groetjes.
LikeLike